De warmtepomp komt steeds vaker in beeld als vervanger van de HR-ketel in de bestaande woningbouw. Maar is dit altijd wel een verstandige beslissing? Aan welke voorwaarden moet een woning voldoen?
Honderden vakgenoten keken in januari naar een webinar, waarin onder meer Steven Kok, accountmanager techniek van Rensa optrad. Hoe kunnen en moeten installateurs omspringen met de enorme groei van de vraag naar warmtepompen? En hoe kan Rensa installateurs ondersteunen bij deze reis?
Hype en nuance
Veel consumenten, maar ook de overheid, stappen gauw over belangrijke keuzemomenten en voorwaarden heen, constateert Steven Kok in de uitzending. De grootste denkfout is dat mensen beginnen bij de aanschaf van een warmtepomp, denken in termen van terugverdientijd en energiebesparing, en dan pas terugrekenen naar de bestaande situatie. “Juist installateurs zouden de nuance terug moeten brengen in de zoektocht naar het op de juiste manier terugdringen van de CO₂-uitstoot.”
Als iets de afgelopen maanden duidelijk is geworden, is dat een groot deel van de woningen in Nederland er gewoon nog niet klaar voor is. Simpel omdat de warmtevraag van deze woningen nog niet op een niveau is dat het de woning geschikt is voor lage temperatuurverwarming. Dat zou het startpunt moeten zijn. Van het aardgas af, betekent ook niet per definitie dat de energierekening evenredig daalt met de CO₂-uitstoot.
Terugdringen vraag
Steven Kok presenteert in het webinar een handige tabel waaruit blijkt wat het effect is van isolerende maatregelen. De stap naar dubbel glas, een kierdichte woning en een goede ventilatie, eventueel met warmteterugwinning, is verstandig om het benodigde verwarmingsvermogen flink naar beneden te brengen. Wanneer uiteindelijk het gasverbruik flink naar beneden gehaald is, is het terugschroeven van de aanvoertemperatuur een goede tip: op dat moment krijgt de gebruiker een goed beeld bij het comfortniveau van lage temperatuurverwarming. Vuistregel: bij een benodigd verwarmingsvermogen van 100 Watt/m² is een woning grofweg klaar voor de warmtepomp.
Leergierig
Ga dus nooit over één nacht ijs, is misschien wel de belangrijkste boodschap aan de markt. Harrold Hofsink van Cius Techniek, een bedrijf dat veel warmtepompen in bedrijf stelt en optreedt als specialist voor andere installateurs, constateert dat installateurs enorm leergierig zijn, maar dat in praktijk nog veel verkeerd gaat. Het is niet gek dat de klaslokalen van de warmtepompopleidingen vol zitten. In bestaande bouw zorgen met name het berekende vermogen van de warmtepomp, en de dimensionering van het leidingwerk voor de meeste problemen. “Alleen al daarom is het goed om te rekenen met kengetallen ná isolatie.”
“De groei van de markt zorgt voor veel toetreders”, zegt Harrold Hofsink. “Als installateur moet je goed je eigen kwaliteit bewaken –lees: je mensen opleiden-, maar ook voor leveranciers kiezen met service en ondersteuning. En gegarandeerde levering van onderdelen.” Want ligt de focus nu vooral op de kosten en voorwaarden voor de aanschaf van die warmtepomp. Over service en onderhoud wordt nog weinig gesproken, en daar liggen net als bij een HR-ketel het gros van de kosten over de totale levensduur. Hofsink: “Een warmtepomp is misschien onderhoudsarm, maar bevat ook bewegende delen. Je moet wel jaarlijks de rendementen checken, de ΔT en volumestroom controleren, verdamper en buitendeel reinigen.”
Ketelvervanger
Is een-op-een vervanging van een cv-ketel voor een warmtepomp, met bestaand afgifte-systeem een optie? Erwin Janssen van Nathan presenteerde referenties met de nieuwe LWDV van Nathan, een modulerend apparaat dat propaan als koudemiddel heeft en zelfs met flinke vrieskou nog aanvoertemperaturen tot 70 ˚C kan leveren. “Dit beïnvloedt uiteraard de COP, maar scoort dan altijd nog vele malen beter dan elektrisch naverwarmen (COP 1).” Wanneer aan de voorwaarden van de warmtevraag wordt voldaan, voldoet het apparaat aan de gemiddelde behoefte aan verwarming en tapwater. “Feit is”, stelt Steven Kok, “dat elke woning maatwerk is, en dat de markt zich niet blind moet staren op de prijs van een warmtepomp, de subsidie en de directe terugverdientijd. Een warmtepomp is in de huidige markt ook een investering in CO₂-reductie.” Voor de bestaande markt is volgens hem ook hybride, of zelfs nog een generatie HR-ketel voor veel huishouden een optie. Niet sexy voor de warmtepomplobby, maar wel redelijk voor de woningbezitter.
Zelf doen of uitbesteden?
Belangrijke keuzes die installateurs rondom warmtepompen kunnen maken, zijn: zelf doen of uitbesteden. Bij zelf doen is het belangrijk om de juiste monteurs op te leiden. Heeft uw bedrijf bijvoorbeeld geen F-gassen-certificering, moet u zich beperken tot de monoblock-oplossingen in de markt. De kennis over warmtepompen, maar ook het maken van warmteverliesberekeningen, hulp bij ontwerp of ondersteuning bij inbedrijfstellingen, zijn te halen bij fabrikanten of de groothandel, bijvoorbeeld via Rensa Techniek. Vragen over wat Rensa kan betekenen? Informeer bij uw vertegenwoordiger.
Het Webinar
Het webinar Help, mijn klant wil een warmtepomp is een online seminar dat gratis terug te kijken is via www.bouwwebinar.nl. Het webinar is door Eisma Bouwmedia georganiseerd in samenwerking met Nathan Systems en Rensa. Sprekers waren Steven Kok van Rensa Techniek, hoofd productmanagement Erwin Janssen van Nathan, en installateur Harrold Hofsink van Cius Techniek. Zij gaan in op de voorwaarden, de techniek, en de randzaken rondom warmtepomptechniek. Het webinar is vooral bedoeld voor de installateur met geen of beperkte ervaring met warmtepomptechniek.