Redactioneel

Waterzijdig inregelen: hoe zat het ook alweer?


Het waterzijdig inregelen bij het plaatsen van een cv-installatie of andere opwekker is niet alleen een wettelijke plicht, maar ook bittere noodzaak voor een zuinige, goed werkende installatie. Een niet ingeregeld systeem geeft minder comfort en dat treft zowel de gebruiker als de installateur in de portemonnee. Maar hoe werkt waterzijdig inregelen en wat zijn de aandachtspunten?

Door in te regelen zorg je voor een optimale volumestroom door het afgiftesysteem. Zo kunnen radiatoren de warmte goed afgeven aan de ruimte en zal vloerverwarming gelijkmatig verwarmd worden. Dat doe je door het af te geven vermogen af te stemmen op het benodigde vermogen en met de juiste Δt (verschil tussen aanvoer- en afvoertemperatuur). De Δt moet goed in balans zijn en de richtlijnen daarvoor staan doorgaans in de documentatie van de leverancier van het verwarmingssysteem. Een warmtepomp heeft een kleinere ∆t dan een gasketel. Bij die laatste moet het verschil tussen aanvoer en retour rond de 20°C zijn. En eerlijk is eerlijk: een gasketel kon het gemis aan fijnafstelling compenseren met het hoge vermogen onder de mantel. Dat is bij een warmtepomp niet het geval.

Radiatoren en vloerverwarming

Het inregelen van een radiator gebeurt met de stelschroef in het binnenwerk van een instelbare radiatorkraan. Hiermee stel je de gewenste flow in. Hoe ver de schroef open of dicht moet, is mede afhankelijk van de Δt. Voor het inregelen van vloerverwarming is het belangrijk dat je, per groep, instelbare flowmeters hebt. Hiermee stel je over elke groep de gewenste flow in: op basis van het gewenste vermogen per ruimte én de juiste Δt. Combineer je vloerverwarming met radiatoren? Dan moeten beide systemen goed ingeregeld worden.

Dynamisch of statisch?

Waterzijdig inregelen is een kwestie van de juiste stappen doorlopen. Op basis van je warmteverliesberekening weet je de benodigde volumestroom van alle radiatoren of vloerverwarmingsgroepen. Om het debiet (de volumestroom) te borgen bij radiatoren maak je gebruik van dubbelinstelbare radiatorkranen. Op dat moment regel je in volgens de statische methode.

Het kan echter zo zijn dat er drukverschil optreedt in de installatie, bijvoorbeeld omdat je op een bovenverdieping radiatoren opent en sluit. Dit drukverschil kun je opvangen door dynamische ventielen toe te passen. Deze ventielen kunnen het drukverschil opvangen en zorgen er altijd voor dat het ingestelde debiet wordt afgegeven. Op dat moment ben je dynamisch aan het inregelen.

Voor vloerverwarming geldt eigenlijk hetzelfde: per groep moet de ontwerpafgifte gehaald worden. Dat merk je bijvoorbeeld goed bij de warme randzones: wanneer er niet goed ingeregeld is, kan er koudeval optreden, en dat merk je direct in de ruimte. Bij lagere aanvoertemperaturen, en zeker wanneer deze onder de 50°C gaan, gaat er aanzienlijk meer water over een installatie. Een niet ingeregeld afgiftesysteem kan de warmte niet goed kwijt, en gaat bovendien stromingsgeluid veroorzaken. Ook vloerverwarming moet zijn warmte goed kwijt kunnen in de ruimte.

Wat zijn de voordelen?

Inregelen is een tijdrovende klus, maar de voordelen zijn groot. Het belangrijkste voordeel is dat het comfort omhoog zal gaan, omdat het afgiftesysteem sneller op temperatuur komt en beter de warmte afgeeft aan de ruimte. De grootste winsten in comfort en energieverbruik zijn te halen in gestapelde bouw. Omdat hier de verwarmingsstrangen aanzienlijke lengtes en hoogtes kunnen bereiken, is het goed borgen van de volumestromen een absolute no-brainer. De investering in appendages en montagetijd is hier heel snel terugverdiend. Daarnaast zal het energieverbruik van het systeem (en dus de energiekosten) omlaag gaan, soms tot wel 15%. Tenslotte zal een goede regeling de levensduur van de installatie ook ten goede komen.