Een centrale verwarmingsinstallatie (cv) wordt in het grootste deel van de woningen in Nederland (in 2018 zo’n 95 procent) ingezet voor het verwarmen van ruimtes en water. Het voordeel is dat één warmteopwekker – in Nederland meestal een gas gestookte ketel - meerdere ruimtes kan opwarmen. De hoog-rendement (HR) ketel neemt het grootste aandeel in.
HR-ketel
HR-ketels hebben een relatief grote of een extra warmtewisselaar, die zorgt voor de volledige warmteoverdracht uit de verbrandingsgassen. De verbrandingsgassen worden hierbij zodanig afgekoeld dat er condensatie van de waterdamp, die ontstaat bij verbranding, optreedt. De vrijkomende warmte die beschikbaar komt bij de condensatie wordt ook gebruikt voor het verwarmen van de woning. Dit geeft tot 10 procent extra rendement.
Modulerende ketel
Een traploos modulerende ketel stemt zijn vermogen af op de werkelijke benodigd vermogen van dat moment. Wordt er veel warmte gevraagd, dan brandt de ketel op maximaal vermogen. Bij een lagere warmtevraag wekt de ketel minder warmte op. Hierdoor heeft hij een hoger rendement en gaat hij minder vaak aan en uit. Dit komt de levensduur van de ketel ten goede.
